De Blocq van Kuffeler - Volendam


De eerste tochten van Peddelpraat in het seizoen zijn eigenlijk bedoeld om er na de winterstop weer een beetje in te komen. De temperaturen zijn echter al weken lang erg laag en het waait al dagen stevig uit oostelijke richting.


Zaterdag 6 april 2002
Weer: O-5/6 krimpend NO en afnemend 4/5. Goed zicht. Waarschuwing voor de scheepvaart: IJsselmeer: O-6
De waarschuwing voor de scheepvaart laat eigenlijk geen twijfel toe. Alleen door de verwachte afnemende wind wordt de tocht niet bij voorbaat afgelast. Enkelen hebben zich afgemeld of komen niet opdagen. Maar toch verzamelen zich zeven vaarders bij de vluchthaven nabij "de Blocq van Kuffeler". Bij Hans en Janine zijn onderweg de samengebonden peddels van de dakdragers gewaaid. De stelen zijn uit het midden gebroken; niet echt op een manier dat er ook nog een deelbare peddel van gemaakt kan worden. Behalve het weer is er daarmee ook nog een andere "spelbreker". Uiteindelijk zijn we met zeven: André, Janine, René, Rob, Symen, Hans en mijzelf. Bijna iedereen heeft reserve peddels bij zich, dus kunnen Janine en Hans met een gerust hart hun eigen reserve peddels gebruiken. Er blijven genoeg echte reserve peddels over. We steken om 09:45 van wal. Een voor de wind gecorrigeerde koers 325. Het waait een dikke 5 Beaufort. Golven van maximaal een meter hoog van schuin opzij. Iedereen draagt peddel moffen; de windchill is maximaal. Het duurt even voor ik mijn scheg juist afgesteld heb. Ik moet hiervoor elke keer mijn rechterhand uit mijn peddelmof halen. Vervolgens is de peddelmof, door het zachte materiaal waarvan het gemaakt is en de harde wind, weer moeilijk aan te trekken. Ik dobber dus in eerste instantie wat achteraan. Als ik weer bij de groep ben ga ik voorvaren. Het is al een uitdaging op zich om de afgesproken koers gelijkmatig vast te houden. De groep is van gelijk niveau en blijft netjes bij elkaar. Het valt een deelnemer op dat er weinig wordt gezegd. De benodigde concentratie en het geluid van de wind zijn niet bevorderlijk voor gezellig keuvelen. We komen iets teveel rechts van het Paard van Marken. Eventjes kunnen we surfen alvorens we in de luwte van de westzijde van het Paard van Marken aanlanden. Achter het huisje kunnen de meesten uit de wind zitten. Ik heb helaas mijn windschermpje vergeten. Maar ik kan eindelijk mijn poncho uitproberen. Al jaren lag dit kledingstuk verstopt bij mijn stof verzamelende rugzak. Vorig jaar had ik gezien hoe één van mijn vaar maatjes een poncho over de vaarkleding met zwemvest trok om ook zonder beschutting toch redelijk comfortabel te pauzeren. Een andere deelnemer gaat in zijn reddingszak liggen. Dit is een barre tocht met een bar koude pauze. Er is geen overredingskracht nodig om te besluiten om niet naar Volendam te varen. Om 12:10 vertrekken we voor de terugtocht. Nu hebben we de wind vrijwel tegen. Net na het vertrek duikt de punt van mijn kajak een hoge golf in en krijg ik de volle laag. Gelukkig zit mijn jack bij mijn nek goed dicht. Het koude water dat van mijn gezicht af druipt lijkt naar sneeuw te ruiken. Even later kan ik het IJsselmeer weerbericht op de marifoon ontvangen. De actuele wind is O-5/6 en de water temperatuur is 9,5 graden Celsius. Ondanks dat ik de GPS bij mij heb vaar ik een vaste koers van 120 graden. Onderweg wordt ik verrast door een binnenvaart schip. Een schip had ik hier, buiten de bekende vaargeul, niet verwacht. Het schip passeert de groep op zo'n 50 meter afstand. Het tempo zakt iets in. We komen een beetje teveel westelijk van de haveningang bij "de Blocq van Kuffeler" uit. Ik had mij voorgenomen om op mijn eerste Peddelpraat tocht van het seizoen te eskimoteren. De koude omstandigheden nodigen hier vandaag niet toe uit. Ik maak mijn snelste eskimo rol tot nu toe. Zo snel zelfs, dat Hans even twijfelt of ik niet slechts een halve rol gemaakt heb. In het zwembad had ik ontdekt hoe de (dynamische) stand van het peddelblad moet zijn om zo min mogelijk weerstand te hebben tijdens het doorrollen onder water. Om 13:50 zijn we terug. Bij de trailerhelling wordt net een open zeilbootje te water gelaten; tenminste daar lijkt het op. De tweekoppige bemanning kan met moeite het deinende bootje in bedwang houden. Een plotselinge klap van de mast op de loopplank doet iedereen even verstijven van schrik. De boot is omgeslagen en de mast mist het hoofd van René op een haar na. Vervolgens komt één van de tuidraden tussen de gesp van mijn marifoon. Bij het oprichten van de boot kan ik ternauwernood voorkomen dat mijn marifoon, met mij eraan vast, de lucht in wordt gehesen. Er wordt weinig gezegd, maar de zeilers houden het direct voor gezien en tillen hun bootje weer vanaf de helling op de trailer. Kleding wordt te drogen gehangen. De zeilers hadden overigens geen zwemvesten aan, dus of ze ook buiten de beschutting van de haven zouden zijn gaan varen? Wij hebben in ieder geval een uitdagend tochtje achter de rug.


© A.M. Schoevers