Beslagen, maar toch verslagen


Om het kajakvaren niet te laten verslappen gaan Nico, Jan en ik ook in de wintermaanden regelmatig varen. Dit keer hadden we bedacht om van Den Helder naar Den Oever te varen en terug. In het kader van 'oefening' zoeken we situaties op die conditioneel uitdagend of anderszins leerzaam zijn.


Zondag 27 februari 2000
De weersverwachting van Zuid-6 is geen 'showstopper'. We hebben al een keertje met Peddelpraat de route Den Oever - Noorderhaaks pal tegen windkracht 6 gevaren. De wind van de zijkant zou makkelijker moeten zijn. Vlak voor Den Helder ontvang ik in de auto het marifoon weerbericht van de kustwacht van 08:35 op kanaal 83. Er geldt voor alle districten Zuid-6, maar speciaal voor Den Helder Zuid-6/7. Als we gedrieën op de parkeerplaats van de marine jachthaven staan nemen we deze verwachting voor kennisgeving aan. Het is tenslotte ook een oefentocht en onze kajak uitrusting is er ook naar. Ieder heeft een heel arsenaal aan vuurwerk bij zich. Nico en ik hebben een marifoon. Nico en Jan hebben een GPS. Nico heeft ook nog een GSM. Zeker van onze zaak steken we om 09:25 van wal. Zoals verwacht krijgen we wind van opzij. Toch valt er af en toe een surfje te pakken. Tussen Den Helder en Texel zien we een boortoren liggen. We schieten aardig op. Nico en Jan hebben een GPS die de koers aangeeft. Ik moet het doen met handmatig opgeschreven koersen. We zijn om 10:05 al bij de M-13. Dit is na 3,6 zeemijl al 20 minuten voor op schema. Het is vrijwel doodtij, dus vermoedelijk geen maximaal profijt van de stroming. Jan heeft in de stroomatlas gelezen dat op sommige plaatsen het bij doodtij harder stroomt. Nico belt met zijn GSM het thuisfront. De werking van de mobiele telefoon vanaf het wad is weer succesvol getest. Om 11:00 bij de M-21. Vanaf hier verlaten we het Marsdiep en steken de Wierbalg in. We draaien nu in de wind. Nu wordt het dus eindelijk het verwachte beulen tegen de wind. Ik vaar vandaag in mijn Meridian, omdat de Sirius nog steeds (vanaf 13 november 1999 !) in reparatie is. Brandingvaren met Jan op zondag 7 november resulteerde in een bijna perfecte pirouette. Helaas was het draaipunt wel op het zand, waardoor de naad aan de voorpunt gedeeltelijk inscheurde. Onderwaterschip was volledig intact, dus ik had nog geluk gehad. Met een Sirius is het dus zaak om behoedzaam door de branding te varen. De punt duikt al snel te diep het water in. Vandaag weet ik weer waarom ik een Sirius gekocht heb. Telkens als er een setje korte golven aankomt klapt mijn kajak stil en moet ik er flink aan trekken om de afstand tot Nico en Jan niet te groot te laten worden. Op stukjes waar de golven even uitblijven kan ik weer bijkomen. Ik ben de snelheidsvariaties op een gegeven moment zat. Ik vaar nog steeds slecht als achterste vaarder. Ik ga maar een stuk naast de twee anderen varen. Hierdoor kijk ik niet steeds naar de achterpunt van de voorvaarders. De snelheid zakt in. Volgens GPS varen we nog maar 4 km per uur. Het lijkt zelfs of we stroming tegen hebben. Of het is de wind die de boeien de verkeerde kant op laat waaien. Bij de W-17 maken we even een vlotje voor een praatje en een hapje. Vandaag heeft iedereen peddel moffen of handschoenen aan. Als het praatje wel erg gezellig wordt en mijn handen buiten de peddel moffen beginnen af te koelen stel ik abrupt voor weer te gaan varen. Ik pauzeer liever wat langer in Den Oever. Het laatste stukje voor de haven is voor mij weer makkelijk te doen omdat de golven lager zijn. Om 12:45 komen we aan in Den Oever. Dit is 20 minuten later dan de planning. We varen de haven in, maar kunnen geen goede uitstapplaats vinden. Dan maar op de keien in de noordoost hoek van de haven. Na veel sjouwen liggen de kajaks op het parkeerterrein. We vinden een plekje uit de wind achter een 'afvalhok'. Het weerbericht van de kustwacht is bijgesteld. Den Helder is nu Z tot Z/ZW-7. We zijn nog fris en zeker van onze zaak. We besluiten om weer terug te varen. Dit keer via het Vlindergat. Ik vraag de anderen om het eerste stuk wind mee niet vol gas te varen om ook fris aan het stuk tegenwinds te kunnen beginnen. Nico merkt op dat hij op de heenweg af en toe flink gesprint heeft. Ik ben hiermee ook weer gerustgesteld, want Nico en Jan hebben net even vaker gevaren dan ik en dat merk ik. Bij mij zit er bovendien een soort 'psychologische veiligheidsklep' op mijn vaartempo die moet voorkomen dat ik uitgeput raak. De GPS-en geven 6 knopen aan, dus wind en stroming zijn ons dit eerste stuk goed gezind. Vanaf de M-21 draaien we schuin tegenwinds. Het is inderdaad een dikke windkracht 6. De verkeerscentrale Den Helder meldt via kanaal 12 dat het windkracht Z/ZW-7 is. De kajak van Jan begint steeds meer af te vallen. We dreigen steeds meer richting rode boeienlijn te raken. Dit is niet de bedoeling want om Den Helder te bereiken moeten we de groene boeienlijn aanhouden. Jan houdt de koers niet en we varen een stukje pal tegen de wind in ter correctie van het stuk dat we door de wind zijn afgedreven. Helaas ben ik met wind tegen de beperkende factor, mede vanwege de eerder genoemde 'veiligheidsklep'. Zo zigzaggen we door de vaargeul. We maken een vlotje om onze toestand en opties te bespreken. We drijven snel af naar de rode boeienlijn. We zijn nog in goede doen. We besluiten dat we nog even proberen om de groene boeienlijn te bereiken. Als we na een half uur ploeteren de GVS-9 / M-12 in het vizier krijgen, meldt Nico dat we het niet zullen gaan redden. We varen nog maar 2 km per uur en zijn nog 5 km verwijderd van Den Helder. Het zou technisch misschien nog wel haalbaar zijn Den Helder te bereiken voordat het om 20:30 gaat kenteren. Echter we zouden dan in het donker het laatste stuk moeten varen. En wat als onze energie opraakt? En het zou steeds minder gaan stromen voordat we zelfs stroom tegen krijgen en het helemaal onbegonnen werk wordt. Met de harde wind is het een hele toer om mijn handen weer in de peddel moffen te krijgen. De nieuwe bestemming wordt 't Horntje; nu al goed herkenbaar door twee groene lichten. We hebben de wind nu schuin tegen. Echt ZW dus. Jan kan ook deze koers niet houden en Nico en ik varen dan maar achter Jan aan. Dan maar rechts langs de boortoren. We horen harde muziek vanaf de boortoren. Als we er vlak bij zijn komen we erachter dat het de wind is die door de pilaren van de toren giert. Even lijkt het erop dat we richting Oudeschild koersen door de afvallende kajak van Jan. Gelukkig lukt het hem toch nog de neus voldoende richting het 't Horntje te houden, ofwel de stroming helpt ons nog een beetje. We hebben leuke golven van de zijkant. De wind tegen stroom condities vallen mee, waarschijnlijk door het doodtij. Ik ben weer bijzonder enthousiast over de vaareigenschappen van de Meridian. Ik voel mij safe en de boot is op elke koers te houden. Met de Sirius heb ik met windkracht 6+ meegemaakt dat deze begon af te vallen. Ik vraag mij af hoe ik het vandaag zou hebben gehad met de Sirius. Om 16:30 duiken we de haven van NIOZ, vlakbij 't Horntje, in. We hebben het gered, maar nu begint de logistiek van de terugkeer naar Den Helder. Gelukkig gaat de veerboot nog precies vaak genoeg heen en weer zodat Nico de Auto kan halen. Als onze kajaks op de auto van Nico liggen en we wachten op de laatste veerboot van 21:00 uur zien we op het mededelingenbord ZW-7 verschijnen. De discussie of het dunne of dikke 7 is, wordt beëindigd als op het bord af en toe een 8 verschijnt. Op de veerboot bij een kop koffie de onvermijdelijke evaluatie. Ieder heeft een leuke en leerzame dag gehad. Ik beschouw het als een 'successful failure', zoals in de film Apollo 13. Jan meldde nog dat hij een hoge steun heeft moeten maken. Het is goed voor het zelfvertrouwen te weten dat die ook in het echt werkt. Nico had zich uitsluitend ongerust gemaakt over de naderende avond en dat de wind ons niet naar een veilige plek zou hebben geblazen, maar midden op de Waddenzee. Ik ga mij beraden of ik de afstelling van de 'veiligheidsklep' moet aanpassen. Ik stapte namelijk fris uit de kajak. Maar hadden we, als ik harder had kunnen varen, Den Helder kunnen halen? Bij het overladen van de kajaks in de marine jachthaven krijgen we een standje van de marechaussee. Dit is een militair terrein en we hebben geen toestemming gevraagd. We gaan richting huis aan. Een volgend tochtje moet haast wel een nachttocht zijn. Bijvoorbeeld op het IJsselmeer en met windstil weer.


© A.M. Schoevers