Chichagof & Yakobi Island


Sitka - Elfin Cove; 19 juni t/m 5 juli 1999


Zaterdag 19 juni (Sitka - Magoun Islands; 17 km)
Geplande vertrektijd 09:30. Ik ben om 05:30 wakker. Sien is het eerste klaar. Ik kom opeens nog allerlei spulletjes tegen die net niet lekker in de kajak passen als ik ook nog mijn laarzen kwijt wil. De rechter laars heeft inmiddels een lekje. Uiteindelijk kan ook ik het sein 'luiken dicht' geven. Pieter heeft het moeilijker. Hij heeft als extra bagage het plastic bouwzeil. We vertrekken om 10:30. We hebben zo'n haast om eindelijk te varen dat ik geen foto van onze start kan maken. Ik vaar nog even achter drie kajak vaarders aan. Ik haal ze makkelijk in. Hun peddelslag is heel langzaam en heel laag. Ander continent, andere kajaks, andere peddelslag en andere kajak cultuur. Deze mensen wonen in Sitka en gaan gedurende 11 dagen ook langs de 'outside coast' varen. Zij gaan door Olga Strait. Wij willen eerst door Krestof Sound. Bij het eerste eilandje, Gavanski, stappen we uit voor het verstellen van rug- en voetensteuntje. De Solstice blijkt ook zonder roer goed te varen. Ik heb alleen geen steun aan de voetensteun. Om 12:30 bij de Siginata Islands en we proberen een lunchplekje te vinden op een naamloos eilandje voor Kresta Pt. Maar het is rotsig en het water stijgt. We vertrekken dus vrij snel. Na een paar minuten komen we echter een perfect strandje tegen. Om 13:50 komen we bij Kresta Pt. en varen we Hayward Strait in. Precies op het moment van maximale stroming (maximum flood). De stroming valt mee, maar we merken iets van deining en golven veroorzaakt door de wind die over de lengte van Sitka Sound strijkt. Onderweg de eerste zeehond. Omstreeks 15:00 bij Magoun Islands. Het is even zoeken om de centrale baai te vinden. Daar vinden we een prachtig strandje. Het is droog en we koken in de warme zon. We delen de baai met drie zeiljachten.

Zondag 20 juni (Magoun Islands - Sukoi Inlet; 16 km)
Vandaag gaan we richting Sukoi Inlet. Hier moeten we door een droogvallende geul. Het is pas om 17:47 hoog water. We kunnen dus laat vertrekken en varen tot we niet verder kunnen. Daarna lange pauze totdat we door de geul kunnen. We vertrekken om 12:00. We varen midden in Krestof Sound. Net voorbij de Nadezhda Islands steekt een westenwind op. We gaan dicht langs de kust varen. Net voor een grote delta op Kruzof Island stoppen we voor het tappen van water. Volgens de kaart moet hier een beekje zijn. We kunnen vanaf het water niets zien. Als we aanlanden blijken we precies op de juiste plaats te zitten. We maken flink kabaal voor de beren, want het beekje verdwijnt in het bos. Om 14:30 zijn we bij het begin van de geul. We hebben nog stroom tegen, dus het laatste restje water moet nog weglopen. We pauzeren tot 16:15. Onderwijl moeten we de kajaks telkens hoger leggen. Vlak voor het einde van de ondiepe geul weer een obstakel. We denken erover om hier maar te kamperen als Sien sporen aantreft van de 'verschrikkelijke sneeuwman'. Onmiskenbaar berensporen. Dit punt is de oversteekplaats van Kruzof Island naar Partofshikof Island. We discussiëren net lang genoeg of het verstandig is om hier het kamp op te slaan als het water sneller stijgt dan verwacht. Het stroomt van noordelijk Sukoi Inlet naar zuidelijk. Sien sleept zich er om 17:00 door. De rest volgt. We kamperen op het tweede schiereilandje aan de Partofshikof zijde. Er zijn veel wildsporen, maar in eerste instantie vinden we geen berensporen. Totdat Pieter een enorme berendrol tegenkomt. Onze tenten staan dan echter al. Het gooien van touwen in de boom is een vak apart. We worden er handiger in. Ook het takelen van het eten in de boom is niet al te moeilijk als het gewicht maar niet te groot wordt. Dit bereik ik door de lading in tweeën te splitsen. Ik moet dan wel een keer extra gooien. Voor het touwtrekken maken we gebruik van werkhandschoenen die we in Sitka hebben gekocht. Pieter heeft zichzelf de sociale verplichting toebedeeld ons 's-avonds te trakteren op echte koffie. Als tegenprestatie hebben we allemaal Nederlandse koffie mee moeten nemen. Ook zijn we verantwoordelijk voor ons eigen koffiewater. Bij de koffie wordt chocolade gedoneerd. Met de tijdstippen waarop wij door Sukoi Inlet konden moet er een vuistregel te maken zijn met hoeveel water de pas bevaarbaar is. In ons geval bij vrijwel doodtij ongeveer 1 uur voor hoogwater.

Maandag 21 juni (Sukoi Inlet - Klokachef Island; 24 km)
We hebben een goede nachtrust gehad. Geen beren. Vandaag willen we Salisbury Sound oversteken. Het weerbericht is perfect met SE 15 knots; seas 7 feet. Het is bewolkt, maar wel droog. We vertrekken klokslag 09:00. Net voorbij Sukoi Pt. om 10:10 zien we de eerste zee-otter. Een rondvaartboot die langzaam dichterbij komt kan 'm maar even bewonderen want de otter schrikt van ons en duikt onder. Mijn ogen hebben de otter nog goed herkend als een boomstammetje met takjes. We hebben onverwacht stroom tegen. De enige verklaring die we kunnen bedenken is dat we in een keerwater zitten van Sinitsin Island. We schieten niet erg op. Om 11:45 bij Sinitsin Island waar we tot 12:45 pauzeren op de zuidzijde. De 1,8 mijl oversteek van Salisbury Sound valt reuze mee. Een deining van maximaal een meter met wind schuin in de rug. Na de oversteek stort het vaartempo in. Na een drijfpauze varen we sportief door klotsend water tussen enige rotsen door. Om 14:30 bij Pt. Leo. Vanaf hier 'dobberen' we naar de ZO-punt van Klokachef Island. Hier denk ik weer een zee-otter te zien. Sien ziet met de verrekijker een boomstammetje met snor. Als de boomstam onderduikt weten we het zeker. We blijven op ruime afstand, maar toch heeft ie ons in de gaten en duikt onder. Fotograferen van zee-otters vanuit de kajak wordt dus moeilijk, temeer daar de hoek ten opzichte van het wateroppervlak zo klein is. Sien vaart dicht langs twee herten op Klokachef Island. Ze maken geen aanstalten tot vluchten. Sien zit eerste rang voor foto's. Pas om 16:00 bij Kayak Beach ten noordwesten van Leo Anchorage. Hier ligt een schiereiland met een strandje dat met hoog water eventjes een echt eiland wordt. Op de zeekaart zijn dit soort nuances van droogvallende plaatsen niet aangegeven. Bij de ideale kampeerplek ligt een vers kampvuur van de vorige bezoekers; vermoedelijk de kajak vaarders uit Sitka. In het bos herkenbare berenpaden langs potentiële kampeerplekken. Op het strandje ontspint zich een heftige discussie. Pieter stelt voor om op het strand te kamperen. Sien stelt, terecht, dat hier overal berensporen zijn. Nadat Sien haar tent al op het grind aan het opzetten is controleer ik nog even het komende hoogwater. Het wordt twee voet hoger dan vanochtend dus het blijft waarschijnlijk net niet droog. Als om 20:00 de landbrug te smal wordt besluiten Pieter en ik om toch in het bos te kamperen. Sien en Sanja hebben nog net een stukje grind hogerop gevonden. Mijn tent heeft gelukkig geen scheerlijnen en blijft zo net helemaal vrij van een berenpad. We spannen sleeplijnen en hangen zoveel mogelijk neopreen op om een eventuele beer om te leiden. Mijn rechterlaars is nu helemaal lek en de eerste reparatie is mislukt. We hebben 7 uur gedaan over 12.7 mijl. Rekening houdend met pauzes is dit net 4 km per uur, waar we met de eigen kajaks makkelijk 6 km per uur halen. De Wind Dancers zijn volgens Sien en Pieter niet vooruit te branden. Mijn kajak heeft er het minste moeite mee. Wel krijg ik last van mijn onderrug doordat ik mijn voeten niet kan afzetten tegen de pedalen van het roer. Dit los ik op door de stelen van de reservepeddels zover naar achteren te steken, dat het opgeklapte roer hier klemvast tussen valt. Nu kan ik wel met mijn voeten afzetten. Helaas vaar ik dan te hard. Het is wel beter voor mijn rug.

Dinsdag 22 juni (Klokachef Island - Baird Island; 20 km)
Vandaag staat één van de moeilijkste trajecten van onze tocht op het programma. Het ronden van Khaz Peninsula is volgens onze informatie iets voor 'experienced kayakers'. Het weer is redelijk; bewolkt en weinig wind. We zijn net weg als we alweer de eerste zee-otter zien. We blijken stroom mee te hebben. Dit is wederom onverklaarbaar omdat de ebstroom naar het zuiden zou moeten lopen. We doen iets verkeerd of er staat weer eens een keerwater. De oceaandeining is laag. Ik had veel meer verwacht omdat links van ons Japan ligt. Blijkbaar weinig stormen op de oceaan in de zomer. Onderweg zijn we verbaasd over de gigantische hoeveelheden aangespoeld hout die de strandjes tot aan de bosrand vullen. Ik ben positief verrast als we om 11:30 al bij Potato Patch zijn. Deze groene heuvel is goed vanaf zee te herkennen. We moeten er eerst omheen varen en vinden aan de noordzijde een prachtig maanvormig zandstrand. De golven en deining worden gedempt door de dichte kelp velden in de baai. De 'lastige' onbeschutte route langs Khaz Peninsula heeft hiermee een perfecte uitwijkmogelijkheid. Voor het eerst zien we de grote hoeveelheden aangespoeld hout van nabij. Aan brandhout voor kampvuren geen gebrek. We pauzeren met een halve lunch. Als er natte laaghangende bewolking op ons af komt is het tijd om te vertrekken. Pieter en Sien wisselen de gewone peddel om voor de reservepeddel. Gelukkig zijn alle peddels deelbaar, want de smallere bladen peddelen een stuk beter. Had Larry ons niet smallere peddels geadviseerd? Had hij niet dat artikel over peddels in Sea-Kayaker geschreven? Ik ga over op Pieter's lichte Werner peddel, zodat mijn gewone en reserve peddel gelijk zijn. Onze vaarsnelheden liggen nu iets dichter bij elkaar. Om 13:15 bij Khaz Pt. We zien een visarend een vis vangen en laag terugvliegen naar de kust als de volgende visarend alweer richting zee vliegt. Vanaf Khaz Pt. valt onze mond open van verbazing. Ondanks het mistige en nevelige weer is Phiele Passage een natuurwonder. Kleine, hoge rotseilandjes die bovendien bebost zijn. Het was Pieter al eerder opgevallen dat de bomen hier tot aan de hoogwaterlijn groeien. Met daarvoor veel drijfhout. De oceaan deining moet dus voor de kust zijn energie kwijt raken. In ieder geval liggen er veel ondieptes met daartussenin kelp velden die verantwoordelijk zouden kunnen zijn voor deze condities. We hebben ook ergens gelezen over de 'nachtmerrie' om in een surf te geraken waarbij de kajak punt onder een streng kelp komt met onvermijdelijk omslaan tot gevolg. We zien twee zee-otters aan voor zeehonden. Even later komt er eentje vlakbij mijn kajak proestend boven. Boos om onze verstoring lijkt het wel. We maken ongekend goede voortgang. Het enige 'minpuntje' is dat we nu al naar een kampeerplekje zoeken. Als we nog een uurtje doorgevaren hadden zouden we een respectabele 25 km hebben gehaald. Dagen van 09:00 tot 15:00 met pauze kunnen dus gewoon 25 km opleveren. Ik zie de rest van de tocht alweer een stuk rooskleuriger in. We vinden om 14:30 een prachtig plekje op een schiereiland ten noorden van Baird Island in Slocum Arm. Ook hier is de kaart niet betrouwbaar om echte eilanden te onderscheiden. Ons 'eilandje' blijkt bij laag water vast te zitten aan het grote eiland. Het vlakke stukje drassig gras waar onze tenten op staan moet bij springtij wel onderlopen. Het mooiste plekje, natuurlijk daar waar Pieter's tentje staat, houdt het net droog. We vinden geen sporen van beren, wel die van herten. We hangen het eten toch maar weer hoog in een boom. Er komt een zonnetje door en ik ga even kopje onder, zodat ik kan zeggen dat ik mij gewassen heb. Neopreen en truitje gewassen en zowaar gedroogd. Met twee identieke windschermpjes bouwt Pieter een overdekte kookplaats.

Woensdag 23 juni (Baird Island)
We hebben de eerste rustdag. Uitgeslapen tot 09:30. Het is zonnig. Sien besluit om met de kajak te gaan vissen. Ik neem de kans waar om rond het grote eiland te varen om foto's te maken. Sien en ik nemen ieder een marifoon mee. Helaas is Sien's marifoon defect waardoor deze wel kan zenden, maar wat er wordt gezegd is niet te verstaan. We hebben drie marifoons bij ons, dus Sien's marifoon blijft in het kamp als ontvanger. We spreken af om bij problemen vanaf 14:00 elk kwartier oproepen te doen op kanaal 77. Het kamp antwoordt OK met drie klikken op de zendknop. Zodra ik op open zee ben zie ik een schitterend beeld van rotsen, rotseilandjes, deining, brekers, drijfhout, schuim en kelp. Onderweg zie ik een vlotje van minstens 15 zee-otters. De afstand is te groot om foto's te maken en ik wil ze niet verstoren. Ik maak veel foto's, waarbij ik soms even moet wachten totdat de zon weer vanachter een wolkje tevoorschijn komt. Op twee andere plaatsen ook zee-otters. Verder veel kelp velden met daartussen drijfhout. Ver uit de kust breken de golven. Dit is dus een beschutte route. Ik ga onder Deuce Island door en kan de boei RN-4 bij Ninefoot Shoal zien liggen. Ik sla rechtsaf Slocum Arm in. Halverwege het eiland kom ik Sien tegen. Ze heeft helaas niets gevangen. Samen terug naar het kamp waar we om 14:00 aankomen; precies op de afgesproken tijd. Sien stelt voor morgen de 'abandoned indian village' op onze vaarroute als pauzeplek te beschouwen en door te varen tot Myriad Islands voor het volgende kamp. Overmorgen zitten we dan al bij White Sulphur Springs en een 'verplichte' vrije dag bij deze warmwaterbron. We hebben geluk met het weer. Een 'dissipating weak low over the Gulf of Alaska' en de '15 knot winds', die in de praktijk slechts 2 à 3 Beaufort blijkt te zijn. De voorspelde deining van 7 voet zijn we ook nog niet tegengekomen. Kortom de combinatie 15 knots en 7 feet zijn zo'n beetje de standaard condities in het weerbericht. Een smalle bosrand scheidt onze tentjes van het strandje aan de zijde van Slocum Arm. Vanaf hier prachtig uitzicht over de besneeuwde bergen op Chichagof Island bij een wolkeloze lucht. We maken ons eerste kampvuur. We zijn zo onder de indruk van de 'ongereptheid' van de natuur, dat het bijna vanzelfsprekend is dat het vuurtje onder de hoogwaterlijn wordt aangelegd. Ook wordt het hout volledig verbrand. Als het hoogwater met een stoomwolk het einde van het vuurtje aankondigt blijven slechts twee kleine stukjes hout drijven. Er ligt tot nu toe veel minder aangespoelde rotzooi dan ik had verwacht. We moeten tussen het drijfhout echt zoeken naar plastic, blikjes, flessen, etc.

Donderdag 24 juni (Baird Island - Myriad Islands; 18 km)
Na een ochtendmist wordt het zonnig. We zijn rond kwart voor negen klaar. Nog even het weerbericht geluisterd: 'high pressure building over southeast Alaska'. We vertrekken klokslag 09:00. We varen buitenom. De zee-otter kolonie ligt er nog steeds. Ter hoogte van Ramp Island ligt nog een kolonie. Bij de oversteek van Khaz Bay begint de wind aan te trekken. Om 10:25 bij Ninefoot Shoal. De voorspelling was NW 20 knots. We kiezen voor Rough Channel. Om 10:40 bij Quit Pt. Om 11:15 bij Copper Pt. We varen langs Elbow Passage. Deze doorgang biedt toegang tot het interessante gebied Klag Bay met sterke stromingen. Er liggen ook twee verbonden meren met een smalle opening naar zee (Lake Anna). Bij één van die openingen stroomt het volgens de Pilot maximaal 12 knopen. Het leek mij leuk dit spektakel vanaf de kant te bewonderen. Helaas vergt dit uitstapje minstens vier dagen, omdat je niet met één tij veilig kunt passeren. Op de zeekaart hebben we een beekje ontdekt. We hebben wind van opzij en de kajaks blijken bijzonder windgevoelig. We worden met een noodgang opzij gezet. Ik kan mijn energie behoorlijk kwijt door zonder roer te blijven varen; opkanten en Canadees varen. Even later dan toch maar het roer neergelaten. Dit vaart een stuk relaxter. De watertap pauze om 11:50 is gelijk lunchpauze. In het baaitje zitten we beschut tegen de wind. Sien krijgt last van haar polsen. Sien en ik wisselen daarom van boot. Ik merk dat de Wind Dancer minder tegenvalt dan ik had verwacht. Ook deze is zonder roer te varen. Het rugsteuntje is echter net zo hard en ongemakkelijk. We landen aan bij de 'abandoned indian village'. Het water zakt en we laten onze kajaks onbeheerd achter. Via een geultje wandelen we door het water. We kunnen geen ruïnes vinden. Als we een stukje bergop door het bos lopen komen we op een open vlakte met muskeg. Moerasachtig en nat mos met af en toe een waterplasje. Op de terugweg komen we dan toch nog wat houten restanten van een blokhut tegen. Daarnaast enkele onderdelen van een gietijzeren fornuis. Op een verroest fornuis deurtje, nog in redelijke staat, is de fabrikant en het jaartal 1907 te lezen. Om 14:30 vertrekken we weer. We zetten koers naar het groene baken op Snipe Rock waar we om 15:15 aankomen. We zoeken een kampeerplekje op de Myriad Islands, liefst zo dicht mogelijk bij de oceaan. We vinden een prachtig strandje met vlakke plekjes voor de tentjes. We schatten het berengevaar laag in en we laten het eten in de kajaks. Ik wandel nog even rond op zoek naar zee-otters die ik met mijn landcamera met telelens kan fotograferen. Helaas zie ik er geen. Wel heb ik een prachtig uitzicht op de White Sisters. Deze twee rotseilandjes herbergen een kolonie zeeleeuwen. Het is zonnig. Helaas waait het te hard, want anders hadden we deze rotsen vanmiddag kunnen bezoeken. In het kamp horen we bij vlagen het gebrul van de zeeleeuwen.

Vrijdag 25 juni (Myriad Islands - Mirror Harbor; 25 km)
Het weerbericht van gisteravond voorspelde een 'Persisting ridge of high pressure over southeast Alaska'. Helaas wel met motregen en mist. De kans op zonnige foto's van de zeeleeuwen is verkeken. Vandaag de lange tocht van 15 mijl naar White Sulphur Springs.Wel hebben we morgen een rustdag. Om 08:45 zitten we in de boten. Er staat NW-4 en het is al werken. We koersen richting linker eiland. Sien herkent op het rechter eiland een zeeleeuw en de koers wordt verlegd. Ik ben inmiddels ver van de anderen verwijderd en wil eigenlijk tussen de eilandjes door varen. Ik zie wel af en toe een golf breken op een ondiepte tussen de twee eilandjes. Ik besluit dan toch maar om ook naar het noordelijke eilandje te koersen. Ik zie mannetjes zeeleeuwen vechten om een plekje. Er is plaats genoeg. Op de hoger gelegen delen rusten de vrouwtjes. Ik zit te dobberen en te wachten op de anderen, die maar niet komen. Ik neem een paar foto's van de rots. Niet vanuit de beste positie of met het juiste licht, maar dichterbij durf ik niet te varen uit vrees dat ik de hele handel verstoor of misschien wel aangevallen wordt door een agressief mannetje. De deining is maximaal 1,5 meter hoog. Het spatzeil van de Wind Dancer van Sien is te laag, waardoor ik het overkomende water op mijn neopreen krijg, waarna het door de rits in mijn zwembroek sijpelt. Dit veroorzaakt schuurplekken. We varen binnendoor de Edward Islands richting Elkugu Bay. Sien vaart goed in de Solstice. Ze stoomt voorbij een groepje zee-otters die nu eens niet onderduiken. We zijn om 10:45 bij doorgang van Elkugu Island als Sien moet uitstappen vanwege een ondiepte. Nu weten we het zeker. Veel eilandjes op de kaart zijn eigenlijk geen echte eilandjes. Een groene kleur wordt slechts op enkele plaatsen gebruikt om droogvallende plaatsen aan te geven. De droogvallende plaatsen zijn ook te herkennen aan de kleine puntjes op de kaart (grind en stenen) tussen de diverse eilandjes. Dit blijken vaak ook geschikte landingsplaatsen, zolang er maar ook een grasveldje boven ligt. We besluiten om op de ZO-punt van Hogan Island water bij te vullen. Het houdt op met regenen en de zon begint te schijnen. Ik loop wat moeilijk door de schuurplekken. Heerlijk geluncht; naast de restanten van een dood hert. Om 12:30 vertrek van Hogan Island. Om 13:00 bij Sholin Island. Onderweg weer zee-otters, die blijkbaar ook op open water buiten de kelp velden voedsel zoeken of gewoon een eindje gaan zwemmen. De otters zijn hier net zo gewoon als zeehonden in Schotland. We komen weinig zeehonden tegen. Ik redeneer dat dit misschien komt door de grote verspreiding van zeepokken. Elke rots, hoe klein ook, zit vol met deze scherpe diertjes. Sommige zijn 5 cm in diameter. Erg zeehond onvriendelijk. Om 14:00 bij de ingang van Dry Pass. Hoe droog is die vandaag? Bij de versmalling aan de westzijde moeten we door enkele ondieptes heen, maar we hoeven niet uit te stappen. Pieter verkent de doorgang. Als die open blijkt nemen we nog tijd voor een korte pauze op een wit strand. Er zwemt een Loon voorbij. Ik heb al veel gehoord over en van deze vogel, maar nog nooit de relatie tussen het beestje en het geluid kunnen leggen. Als ik net op open zee ben zie ik een waterfontijn. Eerst denk ik nog aan een 'boomer'; zo'n verzonken rots die slechts af en toe een breker laat ontstaan. Maar als ik even later een achtervin uit het water zie komen schreeuw ik WALVIS naar de anderen. Het is een bultrug walvis. Het aantal fonteinen duidt erop dat er een hele groep zwemt. Wij moeten naar Kinky Island en dat zou de koers van de walvissen kunnen kruisen. Even zien we niets meer. Daarna hoor ik een luide ademstoot links achter mij. Sanja en Sien zien van dichtbij (30 meter afstand) een rug uit het water komen. Daarna wordt het rustig. Zo'n tien minuten later zien we in de verte (ter hoogte van 'bares 5ft') een heel vuurwerk van waterfonteinen, ruggen en achtervinnen. De hele groep blijft ongeveer op dezelfde plaats. We zitten er ver vandaan en het kost moeite om onze oorspronkelijke koers voort te zetten. Als we achter Kinky Island verdwijnen en ik nog één keer achterom kijk zie ze nog steeds de fonteinen. Wat een verassing. Op een onverwachte plaats gelijk een hele groep bultrug walvissen. We vinden een plekje in West Arm (Mirror Harbor). Dit is wel een vochtig en mossig veldje. De afwatering geultjes lopen kris kras langs de tenten. Ik heb snel al mijn vaarkleding in zout water gespoeld een aan mijn sleeplijn gehangen. Als het gaat regenen, dan wordt het nog nagespoeld. Eten in de boom, eettent opgezet en... het begint te regenen. De schuurplekken smeer ik in met uierzalf van Sanja. Morgen een rustdag en een bezoek aan de White Sulpher Springs.

Zaterdag 26 juni (White Sulphur Springs)
Iedereen is laat wakker. Eindelijk eens tijd om de haalbaarheid van de planning te controleren. Ook heb ik tijd voor de eerste ansichtkaarten. De meeste zeekajak vrienden moeten het doen met stukjes zeekaart. Sien kwam op het idee de dubbele kopieën van zeekaarten te versnijden tot ansichtkaarten. Na de lunch (14:00) beginnen we aan de wandeling naar White Sulphur Springs; de regionale trekpleister voor bezitters van boten of watervliegtuigen. Naast een warmwaterbron heeft de Forest Service een 'cabin' gezet. Dit huisje kan ook gehuurd worden. We moeten eerst een stukje langs de kust lopen en door dichtbegroeid bos. Na een half uurtje ploeteren komen we aan bij het begin van een pad. Hier staat een 'trail register'. Helaas zijn er geen blanco formulieren meer. Sien schrijft dan maar onze bedoelingen op de achterkant van een ingevuld formulier. De meeste bezoekers betreffen opvarenden van bootjes. Enkele zijn per kajak gekomen. Het pad is volledig beplankt en voert door een dicht regenwoud. Halverwege lopen we langs een meertje vol met lelies en zogenaamde skunk cabbage. We krijgen uitzicht over de baai vóór White Sulphur Springs. Deze baai is onbeschut. We zien wel twee bootjes liggen. Een paar honderd meter voor het einde van het pad komt Sanja ten val. Ze verdraaid haar enkel en heeft pijn. Er ontstaat geen zwelling en ze kan er nog, zij het met pijn, op staan. We ondersteunen haar voor het laatste stukje. We komen slechts zeer langzaam vooruit. Ik moet er even niet aan denken hoe wij met haar lopend terug naar de tenten moeten komen. Bij de cabin van White Sulpher Springs aangekomen volgen de toevalligheden elkaar in hoog tempo op. Altijd als ik in mijn eentje op vakantie ging kreeg ik te horen: "wat nu als je een been breekt?". Ook Sanja had deze goedbedoelde adviezen regelmatig moeten aanhoren. Het nieuws van het ongeval was ons door een wandelende vader met zoon vooruitgesneld. Er blijken toevallig twee artsen te zijn die net op het punt staan te vertrekken. Het zijn orthopedisch chirurgen van het ziekenhuis in Juneau. Een derde (!) collega wacht op het bootje op hun komst, want ze moeten vertrekken vanwege het tij. De professionele diagnose is een gebroken enkel. Ook de second opinion geeft dit aan. Het betreft een zogenaamde 'perfecte breuk'. De botten zitten dan nog aan elkaar in een normale stand. Sanja mag met de artsen mee naar Elfin Cove. De arts, Dr. Gross, geeft echter aan dat er pas over een week een röntgenfoto gemaakt kan worden. Eerst moet het omliggende weefsel zich herstellen en moet zuurstofvoorziening naar het bot weer normaal zijn voordat ze wat kunnen zien. Hij adviseert een spalk aan te leggen en binnen een week het ziekenhuis van Juneau te bezoeken. Sanja moet hier hard over nadenken. Onderwijl komen de huurders van de cabin met zakken ijs (!) voor het koelen van Sanja's enkel. IJsblokjes in the middle of nowhere! Veel tijd tot nadenken heeft Sanja niet want de artsen moeten nu echt weg. Alle verzekeringspapieren liggen nog bij de tent. Wat te doen met haar uitrusting en kajak? Ze besluit niet met de artsen mee te gaan. We hebben nog een mogelijkheid om naar de bewoonde wereld te komen. Er ligt een vissersboot die vanavond richting Pelican vaart. Uiteindelijk lijkt het beste om op eigen kracht binnen een week naar de bewoonde wereld te varen. De enkel ziet er goed uit. Geen zwelling en geen pijn bij rust. Sanja en Sien worden door het bijbootje (skiff) van de vissers naar ons kamp gevaren. Ik voel nog even de temperatuur van het 'buitenbad'. Ik ga niet baden. Ik heb nu wel weer een reden om hier nog een keer te komen. White Sulpher Springs; zo dichtbij! Pieter en ik lopen via het pad terug. Sanja ligt als een dood vogeltje in haar tent. Pieter en ik onderzoeken de mogelijkheden voor een spalk. Stukken hout zouden de spalk erg dik en onhandig maken. De arts adviseerde opgerolde tijdschriften (!?). We zoeken iets wat smal en stevig is: platgeslagen aluminium sneeuwharingen! Dit lijkt nog wel pijnlijk hard voor de enkels. Pieter heeft iets in het SAS handboek gelezen en komt met een stuk karrimat uit zijn reparatiesetje aanzetten. Een strookje karrimat aan de beenzijde maakt de spalk al een stuk dragelijker. Elke spalk, bestaande uit twee haringen en karrimat, wordt met tape ingewikkeld. Gelukkig heb ik toevallig nog een hele rol tape bij me dus ik hoef niet zuinig te zijn. Het resultaat is twee perfecte smalle en starre spalken. Mijn EHBO setje wordt eindelijk eens gebruikt. Met een zwachtel worden de spalken langs de enkel vastgelegd. We zouden nog kunnen gaan polyesteren, maar dat is nu nog wat overdreven. We hebben van de vissers nog een zak met een paar kilo verse heilbot (halibut), gekoeld in ijs, meegekregen. Sien maakt een kampvuur en prepareert het eten. Op advies van de vissers worden de moten in skunk cabbage gewikkeld en op een houtskool vuur gelegd. Pieter heeft speciaal voor dit soort situaties een metalen rooster bij zich. Even later genieten we van een heerlijke maaltijd. Onze zorgen zijn eventjes op de achtergrond verdwenen. Met het late zonnetje wordt ons baaitje prachtig verlicht. Sanja heeft inmiddels besloten om in ieder geval tot Elfin Cove mee te varen. We hebben nu een gehandicapte in ons midden en ieder neemt wat taken van Sanja over.

Zondag 27 juni (Mirror Harbor - Squid Bay; 22 km)
Dixon Entrance to Cape Edgecumbe: gale warning, SE winds 35 knots, seas 14 feet. Cape Edgecumbe to Cape Fairweather: small craft advisory: SE winds 25 knots. We besluiten om vandaag in ieder geval tot de ingang van Lisianski Strait te varen (Lost Cove) om niet vast te komen zitten. Vertrek om 09:30. Onze ervaring leert dat het 's-ochtends nog niet zo hard waait, de storm nog moet komen en onze route nog voldoende beschutting heeft. Onze eerste bestemming is Canoe Pass. Er is al deining, maar dit is nog goed te doen met de stabiele bakken. Om 11:45, twee uur voor hoog water, komen we aan in Canoe Pass. Pieter en ik beoordelen dat het vandaag niks wordt met de doorgang. Vermoedelijk is de doorgang alleen bevaarbaar bij hoogwater met springtij. We willen pauzeren om te beslissen of we binnendoor via Pelican naar Elfin Cove zullen varen. Of, zoals we het liefst willen, buitenom langs Yakobi Island. Sanja is met veel moeite uit de boot geholpen. Helaas is het geen goede plek voor pauze, omdat we flink in de wind zitten. In verband met de aankomende storm stel ik voor direct weer verder te varen. Nu we niet via de pas kunnen varen moeten we weer eventjes buitenom. Eenmaal in Lisianski Strait kunnen we alle kanten op. We moeten de pauze dan maar even uitstellen. Op het stukje terug naar de open zee wordt duidelijk dat ook Sanja nog steeds heel graag buitenom wil varen. Dit houdt wel het risico in dat we vast komen te zitten door storm. De route buitenom kan in drie dagen gevaren worden. Binnen een week moeten we toch wel in Elfin Cove kunnen komen. Het begint hard te waaien de golven worden hoger. Vooral bij de monding van Lisianski Strait worden de golven onregelmatiger. Alles is nog makkelijk te bevaren. We duiken Greentop Harbor in. Vanaf hier willen we pauzeren en een kamp maken. We kunnen geen geschikte plek vinden. De rotsen van Yakobi Island zijn duidelijk van een andere samenstelling. Lage maar verticale rotswanden tot aan het water met daarboven bomen. We varen door tot 15:30 totdat we in Surge Bay eindelijk een 'marginaal' plekje hebben gevonden. Achter een paar grote boomstammen kunnen, na wat grondegalisatie met grind en bladeren, net drie tentjes staan. Ik zet mijn tent op het grind van een bedding van een beekje. Sanja uit de boot en in de tent geholpen. Bewerkelijk, maar het werkt en zo komen we er wel. Met Sien de heuvel opgelopen voor het weerbericht. Volgens de informatie die we hebben is het marifoon weerbericht niet te ontvangen langs de buitenkust van Yakobi Island. Gelukkig ontvangen we het weerbericht hier nog net wel. Vanaf maandag is er beter weer op komst (SE 20 knots). In het vooruitzicht ook geen waarschuwingen meer. We verheugen ons op de zoektocht naar de 'drijvende winkel' die volgens Larry in Deer Harbor moet liggen. Bij deze 'winkeltjes' kunnen vissers ook hun gevangen vis afgeven aan een koelschip. We verheugen ons op bier en chips.

Maandag 28 juni (Squid Bay)
Vanochtend vroeg de heuvel opgelopen voor een weerbericht. Helaas, een small craft advisory: SE winds 25 knots, seas 9 feet. Ook Cross Sound, meer naar het noorden, heeft een waarschuwing. Vooruitzicht is S 20 knots. Een verplichte rustdag dus. We hebben rekening gehouden met stormdagen. Het regent met af en toe een droge periode. Veel geslapen. Een kaart geschreven. Om 17:30 weer de berg opgelopen. Het weerbericht is als volgt: "Synopsis: weak weatherfront will dissipate over the panhandle Monday night. Cape Ommaney to Cape Fairweather: small craft advisory due to seas. SE winds 20 knots, diminishing to 15 knots Tuesday. Seas 9 feet, diminishing to 5 feet. Outlook: SE winds 15 knots, seas 5 feet. Extended forecast: winds less than 20 knots". Vanaf de heuvel gezien lijkt de zee niet eens al te onrustig. Met de telelens zijn wel duidelijke brekers te zien, maar de hoogte ervan is niet goed te schatten. Er lijken voldoende 'bevaarbare' stukken te zijn. Hopelijk neemt de deining vannacht af. Pieter en Sien bevestigen het bouwzeil. We kunnen zo droog koken. De enkel van Sanja is iets dikker. Het beekje naast mijn tent is gezwollen en er staat een meertje voor mijn tent. Het is om 01:19 hoogwater. Ik zet toch maar mijn radiowekker. Het is pikdonker als ik met mijn hoofdlamp zie dat we het net droog houden. Het water komt tot aan het drijfhout. Een meter verder liggen de kajaks en staan de tenten. We hebben ons eten op een richel gelegd. Ik moet door het water waden om ook dit te kunnen controleren.

Dinsdag 29 juni (Squid Bay - Surge Bay; 19 km)
Ik probeer, ondanks de toestand van Sanja, een vertrektijd van 09:00 aan te houden. Hiervoor ben ik een half uur vroeger opgestaan (05:30). Heuvel opgelopen. Nog steeds small craft advisory due to seas. SE winds 20 knots backing W 15 knots. Seas 8 feet diminishing to 6 feet. Het is even zoeken naar de uitgang van Squid Bay. Overal massieve deining. Bergen zee en grote brede brekers op ondiepten. Geen harde wind meer, maar het is mij duidelijk wat ze met 'small craft advisory due to seas' bedoelen. We duiken achter het middelste kleine eilandje door. Ik moet als achterste vaarder nog even flink vaart maken als ik een berg water zie breken, breken en blijven breken over de halve breedte van de ZW doorgang van Squid Bay. Meestal stopten de brekers na de ondiepte en werd het weer een gewone golf. Ik heb geen idee hoe het is om in deze kajaks te steunen. Eenmaal op open zee zitten we in 'veilige' oceaan deining. We varen wel steeds verder op zee bij de 10 vadem dieptelijn. Bij Cape Cross laten we de kolonie zeeleeuwen rechts liggen, we horen ze wel. Veel te gevaarlijk om met deze deining daar in de buurt te komen. Vanaf Cape Cross steeds hogere deining. Af en toe breken de golftoppen. De ingang van Deer Harbor is 'open'. Ik vaar tot aan de bel boei (11:45) voor een foto. Ik zoek regelmatig 'oogcontact' met de anderen die veel dichter bij de kust varen. In de Baai gaan we op zoek naar de 'Fishing Scow'. Helaas vinden we het drijvende winkeltje niet. We vinden wel een mooie lunch plek. Ik verken de baai nog even en vaar wat geultjes door. Tot mijn schrik zie ik opeens een verval. Ik moet flink op de rem. Als ik in het lagere gedeelte terecht kom, dan kom ik vast niet tegen de stroom in terug. Om 13:15 vertrek van Deer Harbor. Vanaf hier wordt het spannend. Overal waar we in de buurt van de 8 vadem dieptelijn komen bouwt de deining flink op en beginnen de toppen te breken. Ik moet remmen om niet in een surf te geraken. Normaal surf ik graag, maar ik weet nog niet hoe deze kajak zich in een surf gedraagt. Ik realiseer mij dat ik het best wel spannend vind. Het wordt duidelijk dat we moeten stoppen. Surge Bay is de laatste brede baai. Voor de rest liggen er alleen kleine baaitjes met veel rotsen ervoor. We varen voorbij de markering van Surge Bay, zodat we de deining kunnen zien aankomen. Ik verwacht brekers, maar de ingang is geheel vrij. Blijkbaar verliezen de golven aan de randen van de baai veel energie. We duiken de baai in onderlangs de markering. We willen een te perfecte plek, zodat we een zandstrandje in eerste instantie laten schieten. Later (14:45) blijkt dit toch de beste plek te zijn. Het gaat weer richting doodtij, dus we kunnen veilig op het strand kamperen met een prachtig uitzicht. Ik zet mijn tentje op een vlak plekje tussen het drijfhout. Sanja kan op de vlakke ondergrond goed bewegen. In ieder geval halen we morgen Elfin Cove niet. De jam is op. Droge hartkeks zijn een stuk minder smakelijk. Ik kan voor het eerst de Nederlandse wereldomroep ontvangen.

Woensdag 30 juni (Surge Bay - Soapstone Cove; 20 km)
Ik sta om 06:00 op. Ik heb net genoeg tijd om mijn eigen zaakjes te regelen en kom dus aan mijn taak, het inpakken van de kajak van Sanja, niet toe. Dit doet nu Sien. Wel heb ik tijd om de spalken opnieuw aan te leggen. Het is voor Sanja een heel gedoe om na het aanleggen van de spalken haar neopreen pak aan te trekken. Het rechterbeen wordt nog in een vuilniszak gewikkeld. We vertrekken om 09:15. Van de deining van gisteren is weinig over. Slechts vlakke deining en zwakke wind: NO-3 (?!). Wind tegen dus. Om 10:50 voorbij Bingham Peak. We varen nu dicht langs de kust. Trollers zijn aan het vissen. We zien een hele rij vissersbootjes uit Cross Sound richting open zee varen. In Hoktaheen Cove geloven we onze ogen niet. Daar ligt ie dan, de 'Yakobi Scow'. Deze viskoopman annex supermarkt is open en we leggen aan en klauteren aan boord. Een jong stel, afkomstig uit Elfin Cove, runt de zaak. Het geheel is eigendom van het bedrijf Excursion Inlet. Dit is een grote visfabriek in de gelijknamige zeearm tussen Glacier Bay en Juneau. We moeten ons beheersen en slaan slechts chips in. Helaas mag er geen alcohol verkocht worden, zodat een biertje voor Pieter nog steeds iets is om reikhalzend naar uit te zien. Met flink tempo varen we naar het eerste het beste strandje. De zon komt tevoorschijn en de zakken chips worden goeddeels leeggemaakt. Om 13:15 verder richting Soapstone Pt. Onderweg wil ik Yakobi Rock ronden. Ik zie van een afstand dat er lichte deining breekt op een ondiepte net voor de rotsformatie. Daar aangekomen wordt ik toch nog bijna verrast door deze ondiepte. Ik zie opeens de ondiepte onder het kelp tevoorschijn komen en vermoed dat de deining niet lang op zich zal laten wachten. Ik peddel met een noodgang uit de gevarenzone. Het hart bonkt in de keel en adrenaline stroomt rijkelijk. Uiteindelijk valt Yakobi Rock nog tegen ook. Ik moet bovendien nog een vissersboot voorrang verlenen als die uiteindelijk toch besluit om tussen Yakobi Rock en het Yakobi Island door te varen. Het is een spectaculaire route. We zien het Fairweather massief en, op grote afstand, een getij gletscher aan de westzijde van Glacier Bay National Park in zee uitkomen. Soapstone Pt. blijkt een groene rots te zijn. We vinden een plekje aan de zuidzijde van de ingang van Soapstone Cove. Wel een beetje onbeschut aan NO-zijde, maar bij hoog water in ieder geval een strandje. Ik ben vandaag niet handig met het touw gooien. Ik ben drie kwartier bezig en heb telkens het hele bos aan het touw hangen. Het wordt langzaam steeds zonniger. Het Fairweather massief tekent zich steeds duidelijker af. De naam geeft aan dat het mooi weer is als je de bergketen ziet. Prachtig zicht op Brady Glacier in Taylor Bay. Ik gun mij geen rust en ga met mijn camera's op stap en op zoek naar mooie plaatjes. Ik eet laat en kan nog net het laatste beetje chips wegwerken vóór de koffie van Pieter als het alweer tijd wordt voor de volgende 'foto expeditie'. De ondergaande zon tooit Column Pt. en Three Hill Island in felle kleuren. De zon gaat goudkleurig onder achter het Fairweather massief.

Donderdag 1 juli (Soapstone Cove - Elfin Cove; 15 km)
Het strandje is bij laag water omgevormd tot een blokkendoos met gladde rotsen en kelp. Het is om 09:15 laag water. Dus de geplande vertrektijd is een groot probleem. Gelukkig ziet Pieter er nog gat in door over de rotsen een pad te banen door het glibberige kelp. Onder het zeewier zit een roodachtige substantie die vrij stroef is. De zeekajaks worden met de rug getild en gegleden over het kelp. Zeer inspannend, maar het werkt. Ook Sanja krijgen we in de boot. We vertrekken om 09:30. Een hele prestatie. De lucht trekt open en het wordt zonnig. Na Column Pt. varen we dicht langs de kust. We zien mooie vrijstaande rotspilaren. De noordwestelijke wind trekt aan. De wind komt schuin van achteren. Ik vaar vandaag in Pieter's boot en moet, zonder gebruik van het roer te maken, er rechts hard aan trekken om op koers te blijven. Makkelijker is een zigzag koers door een stukje surfen en een iets langer stukje wind opzij. Ik kan weer flink wat energie kwijt. We laten de Golf van Alaska definitief achter ons als we in de luwte van Three Hill Island varen. Op tweederde van dit eiland varen we in oostelijke richting naar Elfin Cove. Bootjes verraden de ingang van de inham naar dit dorpje. Het is stralend zonnig en warm als we Elfin Cove binnenvaren. Prachtig zicht op Brady Glacier. We leggen aan bij de 'city dock'. We moeten even later dubbel aanleggen, omdat ook nog een vissersbootje bij het laatste vrije plekje wil aanleggen. De kajaks zijn zo stabiel dat ik klauterend bij de verste kajak kan komen. Sanja belt het thuisfront met de 'public phone' die bovenaan de pier staat. Ze heeft slecht nieuws te melden aan haar vriend. Aan de pier ligt een bootje met zeekajaks op het dek. Het is een groep die met een gids bij Cape Spencer heeft gevaren. Pieter en ik gaan het dorp in om te vragen of we ergens kunnen kamperen. Wat een dorpje is dit! Alle huizen zijn verbonden met een 'boardwalk' op palen. Deze boardwalk vormt de rondweg in dit autovrije dorpje. We worden van het kamperen niet veel wijzer. We worden verwezen naar eilandjes verderop. Het liefst zitten we natuurlijk op loopafstand van het dorpje. De enige mogelijkheid die we tegenkwamen was een strandje aan de rechterkant net vóór we aanlegden aan de pier. Sanja heeft het moeilijk de verzekering uit te leggen hoe het zit met de bereikbaarheid van dit gebied. Uiteindelijk heeft ze toestemming om met een watervliegtuig naar Juneau te gaan. Sien brengt Sanja naar de General Store om te vragen naar een vlucht naar Juneau. Onderweg komen ze Becky tegen. Becky is verpleegster geweest en onderneemt actie. Ze regelt krukken uit de EHBO-post. Ze zegt dat wij bij haar kunnen overnachten. Sien regelt bij Buck, de 'luchthavenmeester', een vlucht morgenochtend naar Juneau. Pieter en ik zijn niet veel wijzer geworden en wachten in de haven op de terugkomst van Sien en Sanja. Ik moet zó nodig, dat ik mijn schaamte overwin om gebruik te maken van het openbare toilet. Een plastic cabine met een gat in de vloer met zicht op zee. Sien en ik gaan naar Becky om te informeren naar de kosten van overnachting. Bij de Cross Sound Lodge aangekomen denk ik met mijn 'Nederlandse bril' aan een toeristenfuik. Een eersteklas pension. Becky neemt ons echter mee naar een vrijstaand houten huisje. Ze wil niets van betaling weten. Het huisje voldoet niet aan de normen voor verhuur en ze wil ons met Sanja's toestand graag behulpzaam zijn. Wat een vriendelijkheid. Inmiddels weet het hele dorp van de 'poot van Sanja'. We varen de kajaks naar een strandje naast de pier. Vóór het kinderspeelplaatsje is een grasveldje waar de kajaks bij niet te hoog water veilig kunnen liggen. Alle voorbijgangers vragen ons de oren van het hoofd over onze tocht. Ook Bob en Louise Mourant spreken met ons vanaf de boardwalk en wijzen waar ze wonen. We beloven ze te bezoeken als we orde op zaken gesteld hebben. In ons huisje wordt uitgebreid gebruik gemaakt van de douche. Na de wasbeurt heb ik het kouder dan normaal; ik ben alle isolerende lagen vet en vuil kwijt. We zoeken als eerste onze was uit en gaan naar de wasserette. Het gebouwtje heet, zeer toepasselijk, Elfin Wet Goods. Na het starten van de machine gaan we naar het naastgelegen restaurantje. De keuze was moeilijk, want het dorpje telt maar liefst twee restaurantjes. Deze is naamloos en de andere heet Coho's Bar & Grill. Deze 'huiskamer met open keuken' is pas een paar dagen open. Helaas geen patat, omdat de frituurpan er nog niet is. Zeer beperkte menu keuze. Caesar salad of sorloin steak. Sien en Sanja gaan voor een aangepaste ceasar salad. Pieter en ik kiezen voor de steak ($ 15). Als toetje volgt een heerlijk karamel/vanille ijsje ($ 4,95) en koffie. De uitbaatster komt uit Nieuw-Zeeland (onmiskenbaar accent). Het 'klassieke verhaal' van vakantiewerk op een vissersboot. Inmiddels getrouwd met een visser. De kinderen varen nu zelf mee en zij heeft nu tijd om zelf iets te ondernemen. Het gebouwtje stond leeg en dit is haar eerste seizoen als zelfstandige. Wij zijn haar eerste klanten. Na het eten zijn alle was- en droogprogramma's klaar en kunnen we weer netjes gekleed. Voor het slapen gaan nog bier en chips. We hebben zo goed gegeten, dat er voor het eerst chips over blijven. De aankoop van bier is een verhaal apart. Het winkeltje heeft twee deuren. De ene vormt de ingang tot de supermarkt. De andere geeft toegang tot de slijterij. Er is slechts één kassa met een toonbank aan weerszijden. Zomaar aan de toonbank van de supermarkt vragen naar blikjes bier mag niet. Officieel moet je de blikjes in het andere gedeelte uit het schap halen en ter plaatse afrekenen. Dit alles komt door een wet die het verbiedt om alcohol in een supermarkt te verkopen. Hier wordt de wet exact doch creatief nageleefd.

Vrijdag 2 juli (Elfin Cove)
's-Ochtends ontbijt op bed. Becky brengt warme 'muffins' en koffie. Om 09:00 zou Sanja's vliegtuigje vertrekken. Als om 09:45 haar vliegtuigje nog niet geland is mag ze mee met een 'Otter'. Dit éénmotorig tienpersoons watervliegtuig heeft net een groep sportvissers gebracht. De vorige groep staat klaar om te vertrekken. Het is één van het oudste type watervliegtuig dat nog in Alaska rondvliegt. Het is een zeer degelijk een betrouwbaar vliegtuig. De meeste watervliegtuigen die landen zijn veel kleiner en er kunnen maximaal vier personen mee. Als Sanja vertrokken is gaan wij onze spullen in orde maken. Het neopreen wordt gespoeld in de wasbak bij de wasserette. Als daarna alle natte uitrusting uitdruipt over de reling levert het opschrift 'Elfin Wet Goods' een perfecte foto op. Het is al gauw 12:00 en wordt het tijd voor een hamburger van $ 7,25 in het restaurant. Op het terrasje beginnen we met het schrijven van kaarten aan de gezamenlijke kano vrienden. Ook hier zullen we menigeen verrassen met onze eigen zeekaarten. De zeekaart met uitsluitend diepten krijgt een bijzondere bestemming. Alle kaarten zwijgen over de toestand van Sanja. We weten nog niets zeker en willen geen indianenverhalen de wereld in brengen. Daarna naar de supermarkt om onze voorraden aan te vullen. Er is helaas weinig sortering en, zoals verwacht, alles is vrij prijzig. Daarna begonnen met inpakken van het resterende en nieuwe eten. Becky brengt een schaal met salade, kaas en gerookte zalm. Haar gasten zijn weg ze zegt zelf geen trek te hebben in altijd weer het overtollige eten van de gasten. Verder nog 'brownies' (chocolade cake). De kaas en zalm bewaren we voor vanavond voor bij een biertje. Een jongen loopt langs en vraagt aan mij of ik maat 11 surfschoentjes heb. Het blijkt één van de zoons te zijn. Hij is bezig met het maken van een 'surfplank' om achter een motorbootje te waterskiën. Pieter helpt hem een handje. Maar even later komt ie terug. Ontwerpfout. Waar de kiel ophield is de plank gebroken. Om 15:30 gaan we op bezoek bij de Mourants. Ze wonen op Skid Row. Ze hebben een langgerekt huis met uitzicht op Brady Glacier en het Fairweather massief. De bergketen ligt er vandaag bij als een fata morgana. Blauwwitte bergen in een lichtblauwe lucht. We hebben aardigheidjes bij ons in de vorm van een klein flesje Berenburg, een pak koffie en twee rolletjes drop. Het is zo warm in huis (de kachel staat te stoken), dat we verkassen naar het balkon met uitzicht. Ze vertellen dat het deze winter zoveel gesneeuwd heeft, dat alleen boven het balkon een klein raampje uitzicht naar buiten had. Er zijn slechts weinig bewoners die in Elfin Cove overwinteren. Vrijwel alles moet worden ingevlogen. In de winter kan de bevoorrading tot zes aaneengesloten weken stil liggen. Bob vertelt over het berenprobleem. In het verleden verwerkte ieder zijn eigen afval. Hier kwamen beren op af. In één geval is er bij hun afwezigheid een beer door de deur gebroken. Deze beer had een bed uitgezocht om te overwinteren. Nu mag je niet zomaar een beer doodschieten. In dit geval werd de beer gevangen en uitgezet aan de andere kant van Cross Sound in Glacier Bay National Park. Daarna het verhaal van een mensenetende beer in Glacier Bay National Park. En de tip om de kuip niet met een afdekzeil dicht te maken en de kajaks niet om te keren. Dit alles om de beer de mogelijkheid te geven de kajak te inspecteren zonder deze gelijk te slopen. Ik redeneer opeens dat alle 'probleemberen' dus in het beschermde Glacier Bay terecht komen en daar een probleem vormen voor de argeloze en onbeschermde toeristen zoals wij. Het dorp is georganiseerd als een non-profit organisatie. Er zijn geen belastingen, maar dus ook geen uitkeringen van de staat. Er is slechts een minimale uitkering die afhankelijk is van het aantal permanente bewoners, 30 dus. De uitkering wordt betaald van de olieopbrengsten van Alaska. Die worden jaar voor jaar minder en de uitkering dit jaar is $ 2000 voor het hele dorp. De boardwalk wordt wel door de staat onderhouden omdat het een openbare weg is. Alle andere zaken, zoals de waterleiding, worden door zelfwerkzaamheid geregeld of bekostigen ze zelf. Er is een donatie geweest voor een 'community house'. Dit is nu de openbare bibliotheek, maar is aan verval onderhevig. Er landen diverse watervliegtuigjes. Als we bij de Mourants vertrekken stijgt er net weer een vliegtuigje op. Op de kade zit Sanja met een gipsen poot in een rolstoel. Becky heeft Sanja opgewacht met een rolstoel uit de EHBO-post. Becky bekijkt met verpleegsters enthousiasme de röntgen foto's. Sanja zit er triest bij. De diagnose is inderdaad gebroken. En het erge is dat ze geen gewicht op haar been mag zetten en daarmee haar laatste hoop van 'waterdicht loopgips' vervlogen is. De dienstdoende chirurg, assistent van Dr. Gross, dacht zelfs aan een operatie. Maar Sanja moest de foto's aan Dr. Gross, zijn superieur, laten zien. Sien hangt bij de vakantie woning van Dr. Gross een briefje aan de deur met het verzoek om langs te komen en dat we nu in het restaurant gaan eten. Met de rolstoel crossen we over de boardwalk. De gleuven tussen de planken maken het een hobbelige rit die niet goed voor de rolstoel kan zijn. Weer uit eten bij de Nieuw-Zeelandse. Als we aan de koffie zitten, komt Dr. Gross binnen met vrouw en kinderen. Eerst wil hij iets rechtzetten. Het is Dr. Gross. Op het papiertje hadden we hem Mr. genoemd en zijn assistent Dr. Hij bekijkt de foto's en concludeert dat geen operatie nodig is. Het slechte nieuws wordt dus opgevolgd door iets beter nieuws. De verzekering had net goedkeuring verleend aan de operatie, dus dit moet weer gecommuniceerd worden. Als zo'n breuk in de arm plaatsvindt merken veel mensen dit niet eens en blijkt pas jaren daarna toevallig dat er ooit iets gebroken was. Het lijkt erop dat het er dan toch van gaat komen. Het meemaken van de nationale feestdag 4th of July (Independence Day). Iets wat ik tot nu toe altijd heb kunnen vermijden door net voor deze datum uit de VS weg te zijn. Ik weet namelijk niet of ik dit typisch Amerikaanse feest met de nuchtere Hollandse blik kan waarderen. Vergelijk het met Koninginnedag door de bril van een Amerikaan.

Zaterdag 3 juli (Elfin Cove)
Om 05:00 is er contact met de verzekering. Deze wil bevestiging van Dr. Gross dat een operatie niet nodig is. Weer briefje op zijn deur. Becky verteld dat er misschien vandaag een bootje naar Sitka vertrekt die de kajak en uitrusting van Sanja mee zou kunnen nemen. Becky komt met het ontbijt, zelfgebakken en nog warme broodjes (danish). Vanuit ons huisje zien we beweging bij de woning van Dr. Gross. Ik loop erheen en Dr. Gross schrijft een briefje met zijn diagnose en advies. Dit briefje wordt bij Becky gefaxt. Ik ga mijn eten verder inpakken. In de haven ontmoet Sien een Canadees stel met dochter. Sien krijgt veel advies over het vissen naar zalm. Ze krijgt zomaar twee haakjes mee. Veel later zou blijken dat het haakjes van $ 5 zijn. Pieter help Don bij het timmeren van een plafond. 's-Avonds worden we getrakteerd op spies met halibut, groene asperges en aardappelen met zure room. Hierbij witte wijn uit een kartonnen pak. Omdat Pieter nog wat timmerwerk wil afmaken zet ik de koffie. Don proeft de cafeïne direct. Amerikanen drinken de koffie veel minder sterk. Bij de koffie doen we wat chocolade, waarop Becky ons een viertal repen Alaskaanse chocolade (Theobroma) geeft. Een van de zoons overweegt om een kajak verhuur te starten. Deze zoon heeft een eigen kajak gemaakt. Hij is er helaas niet. Hij is met zijn vriendin aan het varen en heeft de kajak mee aan boord genomen. Het samenzijn komt abrupt tot een einde als de vissersboot van de oudste zoon arriveert. De boot heeft motorproblemen. Don moet naar de motor kijken. Becky zorgt voor het eten voor haar vermoeide zoon.

Zondag 4 juli (Independence Day)
De dag begint met pannenkoeken. Becky trakteert het dorp. Sien helpt een handje. Het eetzaaltje van de lodge vult zich langzaam met bewoners en bemanningen van bezoekende bootjes. Behalve pannenkoeken met stroop zijn er dikken plakken ham en kleine worstjes. Overal in het dorp hangt een heus 4th of July programma. Activiteiten zijn 4th of July parade voor de kinderen, bird bingo, survival suit race, waterballoon toss, egg toss, greased pole jump, slug race (bring your own slug) en een gezamenlijke barbecue afgesloten door vuurwerk. Het programma wordt in de war geschopt door een cruise schip. De meeste activiteiten worden uitgesteld tot na het vertrek van het cruise schip. Het dorpje wordt overspoeld door toeristen, waardoor iedereen zich natuurlijk moet bekommeren om zijn/haar handeltje. Het dorpje is in transformatie van een vissersdorpje tot toeristenbestemming. In ieder geval is het dorpje nu al populair voor 'guided fishing trips'. We nestelen ons naast de boardwalk voor de parade, die echter snel voorbij is. De fee met skunk cabbage bladeren als vleugels maakt de meeste indruk. Het is een warme en zonnige dag. De vogel bingo bestaat uit een bord met genummerde vakjes. De tamme kraai van Coho's Bar & Grill wordt hierop losgelaten. Het vakje waar die op schijt wint. Inleg is $ 10. De jeugd hijst zich in overlevingspakken voor een zwemwedstrijd naar de overkant. Een jongetje van een jaar of acht verdwijnt geheel in het pak en dobbert wat rond. Na de race mogen Sien en ik ons in een overlevingspak hijsen. Veel meer dan je armen een beetje bewegen is er niet bij. Met zo'n pak houdt je het wel even uit in de Alaskaanse wateren. Sien houdt er een nat pak aan over omdat haar pak lekt. Het grote nieuws is binnen. Sanja kan morgen op weg naar huis. De verzekering heeft een watervliegtuig naar Sitka geregeld. De volgende dag via Juneau naar Seattle. Daarna naar Nederland. Op elke plek zal een 'meet and assist person' haar opwachten. Natuurlijk vliegt ze eerste klas. De waterballon gooiwedstrijd wordt niet gewonnen door degene die de ballonnen heel ver kunnen gooien zonder te laten vallen, maar door degene die het laatst met gooien overblijft. Mijn beeld van Amerikanen dat ze met alles het beste willen zijn en altijd willen winnen wordt niet bevestigd. Het wordt kliederen als het geheel met eieren wordt herhaald. Als dit verse eieren zijn, dan is dit hier een dure sport. De slakkenrace is uitgesteld/afgelast vanwege de hitte. Er is toch enige consideratie met het welzijn van de beestjes. Het cruise schip is vertrokken en de kade wordt in gereedheid gebracht voor de greased pole jump. Het is zo warm dat ik besluit om met de lege kajak van Sanja wat oefeningen te doen. Ik ben benieuwd wanneer ze omgaan en of ik ermee kan eskimoteren. Alleen de lage steun is een probleem. Op het moment dat ik een lage steun nodig heb helt de boot al zover over dat alleen een hoge steun nog helpt. Voor de rest is het niet moeilijker dan mijn eigen kajak. Als mijn coördinatie minder wordt door het koude water is het tijd om te stoppen. Een ingevette kale boomstam wordt vanaf de kade horizontaal over het water geklemd. Aan het einde zit een rode vlag. De bedoeling is deze vlag los te trekken voordat je te water raakt. De meeste komen nog geen meter ver. De truc is blijkbaar om op snelheid over de paal te glijden en hopen dat je ver genoeg komt om een poging te wagen. Ik heb mijn camera in de aanslag. Als ik voor het eerst afdruk heb ik gelijk de winnende actie te pakken. De winnaar, een zoon van Becky en Don, incasseert $ 300. De zoons van Becky en Don zijn aan het waterskiën met een verbeterde versie van de plank. Het is erg gezellig. Sportvissers keren terug en een gevangen halibut heeft het trofee gewicht van 125 pounds. Met vangsten van boven de honderd pounds kom je in de plaatselijke ranglijst. Ik bespeur enige sportieve concurrentie tussen de verschillende fishing guides. Wij willen niet meedoen aan de barbecue omdat iedereen in het dorp wat meeneemt en wij ongetwijfeld niet opkunnen tegen de vele luxe vissoorten. Daarentegen maken we wat restjes op die overblijven na het verdelen van het overtollige eten van Sanja. Het wordt een zware rijstmaaltijd met pindasaus. Becky komt langs met wat kippenboutjes en spiesen met garnalen en vis. We zitten zo vol, dat we de chips en het bier niet meer weg krijgen. Sanja laat een foto boek zien dat ze van Becky heeft gekregen. Een boek van kajak vaarder Greg Rasmussen met prachtige kajak foto's van het noordwesten van de VS, Canada en Alaska. Ik heb eindelijk een mooi souvenir gevonden. Een T-shirt van Elfin Cove, waar nu niet ook nog eens Alaska op staat. Een onopvallend opschrift waarvan alleen insiders weten wat het betekend. Voorts doen we een donatie aan 'Elfin Cove Medicare'; het EHBO-potje van het dorp. Alle ansichtkaarten worden gepost. We zijn te moe voor het vuurwerk.

Maandag 5 juli (Elfin Cove)
We ontbijten in de Lodge samen met Becky en Don. Wederom heerlijke pannenkoeken, plakken ham en worstjes. We vullen het gastenboek in en vergeten niet onze adressen. Becky heeft namelijk familie in Scandinavië en wil altijd al naar Europa. De tijd vliegt. Er wordt nog snel besloten dat we allemaal een T-shirt kopen, inclusief eentje voor Herman. We laten in ieder geval iets achter voor de gastvrijheid van Becky. De vijf visjes representeren het groepje van vijf dat het plan had naar Alaska te gaan. Sanja vertrekt om 08:30 naar Sitka. Ze gaat naast de piloot zitten. Wij ruimen het huisje op. We hebben in de afgelopen dagen flink wat afval verzameld. Elfin Cove heeft geen vuilafvoer. Al het brandbare afval wordt verbrand op een open vuurplaats bij de haven. Becky is zuinig met kranten en karton. Dit gebruikt ze om souvenirs te versturen. Zo wordt een gedeelte van het afval met de post 'verwijderd'. Als ik ons afval verbrand wordt het een knallend gebeuren. Blijkbaar heeft Sanja enige medicijn capsules afgedankt. Ik krijg commentaar van een bewoner dat ik geen glas in het vuur mag gooien. Ik verontschuldig mij, maar kan het niet nalaten een grapje te maken over mijn bijdrage aan het vuurwerk. 'Shame on you' krijg ik als antwoord. De kajak van Sanja leggen we naast het huisje neer. Becky zwaait ons om 11:00 uit voor wat onvergetelijke dag zou worden. Met Elfin Cove meegerekend zien we op één dag vrijwel alles wat Alaska te bieden heeft. Dit is sneu voor Sanja. Maar het kajak technisch uitdagende deel heeft ze toch mooi volbracht. Vanaf nu verlaten we de open oceaankust en dringen steeds dieper door in zeestraten op weg naar Hoonah of Tenakee.


© A.M. Schoevers

Een gecombineerd verslag van Sien van Meurs en Axel Schoevers is verschenen in NKB Mededelingen 2000/1 en 2000/2.